In deze les gaan we de vraagzinnen onderzoeken.
Terwijl een rechte zin de vraag een zin, enkelvoud of meervoud maakt
Er is geen verschil tussen hen.
Een rechte zin is een vraagzin met het volgende patroon;
Straight zin: + DAS IST / SIND + E / E + naar A NAME
Vraag Zin: IST / SIND DAS + E + / E + naar A NAME
Hier, met het daswoord dat dit betekent, het enkelvoud of meervoud van het object
de ist of inspringen bepaald volgens de
We zien.
Voorbeelden;
Das ist ein Kind (dit is een jongen)
ist das ein Kind? (is dit een kind?)
Dit is een kind
is dit een kind (is dit een kind?)
Das ist ein Haus (dit is een huis)
ist das ein Haus? (dit is een huis)
Dit is een grote oorzaak
is dit een hause? (is dit een huis?)
das sind Balle (dit zijn ballen)
sind das Balle (zijn dit ballen?)
Wijze mannen kunnen voorbeelden reproduceren.
We zullen de negatieve signalen in de volgende les onderzoeken.
“Er zal zo’n vreselijke explosie plaatsvinden in de hoofden van degenen die de islam een klap toebrengen, dat deze niet zal worden vergeten tot het einde der tijden.” (K.Attachment.)